De gebouwen van Dmec zijn gelegen aan de Ninoofsesteenweg, een drukke baan tussen Brakel en Ronse. Alhoewel het bedrijf in Wallonië gevestigd is, ligt Vlaanderen maar een paar meters verder, net over de steenweg. De meeste klanten bevinden zich in een straal van 15 tot 20 km rond het bedrijf en de omzet wordt evenredig verdeeld tussen Vlamingen en Walen, maar ook tussen de landbouw- en de tuin & park activiteiten. Frederiek: ‘Landbouw gaat achteruit en er zijn steeds minder bedrijven, die dan wel groter worden. Groei zit er dus niet meer in. Voor de tuin & park afdeling noteren we wel een groei van de activiteit. We proberen in te zetten op de kwaliteit van onze dienstverlening en dat legt ons geen windeieren.’
Dmec vertegenwoordigt zowel premiummerken voor tuinaan- leggers en grotere particuliere tuinen als ‘grootpubliekmerken’ die goedkoper zijn, maar tegelijkertijd ook kwalitatief sterk genoeg zijn voor mensen die maar af en toe met deze machines werken. Frederiek legt uit: ‘Ons hoofdmerk is Husqvarna. Deze constructeur biedt een breed gamma kwalitatieve machines die voldoen voor zowel professioneel gebruik als voor een particulier. Daarnaast vertegenwoordigen we ook Etesia. Deze duurdere machines zijn niet voor iedereen weggelegd, maar zijn specifiek ontworpen voor intensief gebruik. De tegenhanger voor de particulieren zijn de zitmaaiers van Castelgarden. Ik vind het belangrijk om een degelijke oplossing te kunnen bieden voor beide doelgroepen. Hetzelfde geldt voor de compacttractoren. Voor professioneel gebruik trekken we de kaart van Kubota en daarnaast verkopen we ook Farmtrac. Deze tractoren zijn heel goed uitgerust in de basisuitvoering, met bijvoorbeeld verlichting en homologatiepapieren, zodat ze ook meekunnen met de rest. De laatste jaren hebben we ook heel wat Avant-knikladers verkocht. Deze machines zijn echt in trek bij tuinaanleggers en paardenliefhebbers omwille van de compacte afmetingen, de wendbaarheid en een groot hefvermogen. Daarnaast verkopen we ook de minigravers van Bobcat en de hogedrukreinigers van Kranzle. In de landbouwafdeling vertegenwoordigen we de merken Deutz-Fahr, Weidemann en Kuhn.’
Hans vervolgt: ‘De laatste jaren verkopen de robotmaaiers als zoete broodjes. Ik ben nu ongeveer 80% van mijn tijd met deze robots bezig. Ik hou me zowel bezig met de verkoop op zich als de installatie en de naverkoop. Doordat ik alles zelf doe, weet ik ook perfect hoe problemen te voorkomen en kan ik ook sneller en efficiënteringrijpenalserietszouhaperen.Tegenwoordigverkopen we nagenoeg geen robots meer zonder de installatie te verzorgen.
Meestal gaat het gepaard met een bezoek op voorhand waarbij we het terrein perfect afbakenen. Net dat is trouwens ook onze meerwaarde ten opzichte van het internet of de grootwarenhuizen bijvoorbeeld. De meeste robots komen jaarlijks binnen voor een winteronderhoud. De klanten genieten dan tegelijkertijd ook een extra jaartje waarborg. Daarnaast winnen accumachines jaarlijks aan belang.’
Bij Dmec proberen ze zoveel mogelijk in te zetten op demo’s om klanten te overtuigen. Frederiek: ‘Voor heel wat klanten zeggen getallen op een technische fiche niet zoveel. Als een bepaalde machine pakweg 1.000 kg kan heffen dan weten ze nog niet of het voldoende zal zijn. Door die klanten de machine te laten proberen in hun eigen omstandigheden en omgeving kunnen ze vrijwel direct zien of het past. We hebben op deze manier al verschillende Avant-wielladers verkocht. De klanten waren onder de indruk van de hefcapaciteit en van de wendbaarheid. Hetzelfde geldt ook voor Etesia bijvoorbeeld. Als klanten de maaicapaciteit en de degelijkheid van de machine zelf zien, dan begrijpen ze waarom deze machines duurder zijn dan andere.’
Zoals Frederiek aankaart, is service niet meer weg te denken. ‘Het is ook de enige manier om ons te blijven onderscheiden van het internet en de grootwarenhuizen. Als de klanten binnenspringen voor onderhoud of reparatie maken we een offerte op voorhand om discussies achteraf te vermijden. Omdat de technologie snel evolueert, volgen we ook alle scholingen van de constructeur zodat we erbij zijn van bij het begin. Het blijft een grote troef. In de werkplaats hebben we verschillende ruimtes ingericht voor specifieke machines. Zo hebben we bijvoorbeeld een speciale ruimte voor de robotmaaiers. De nodige hulpstukken liggen binnen handbereik waardoor we snel kunnen werken. We krijgen regelmatig mensen over de vloer die een goedkope machine bij een grootwarenhuis gekocht hebben en die dan service nodig hebben. Waar mogelijk proberen we die mensen te helpen, maar voor veel van deze merken zijn wisselstukken moeilijk of niet te vinden waardoor het niet altijd mogelijk is om een oplossing te bieden.’
Dmec beschikt zelf over een grote stock wisselstukken. Hans vervolgt: ‘Het is eigenlijk historisch gegroeid. De vorige eigenaar had heel wat stock en we proberen dat ondertussen een beetje af te bouwen en overzichtelijker te maken. Maar het helpt wel om de klanten snel te depanneren. Om het beheer van het magazijn overzichtelijker te maken werden alle wisselstukken voorzien van barcodes. Als de technieker iets uit de rekken haalt, hoeft hij enkel de code te scannen en alles wordt dan onder eenzelfde werkbon beheerd. Op deze manier winnen we heel wat tijd en behoren fouten of vergissingen tot het verleden.’
Naast de verkoop van machines verhuurt Dmec ook heel wat tuin & park machines. Hans: ‘Eigenlijk is het een beetje de logische tegenhanger van de verkoop. Sommige machines worden maar één of twee keer per jaar gebruikt en dan kan je deze beter huren. Klanten komen soms binnen om de prijs van een bepaalde machine te vragen – pakweg van een kettingzaag – en hebben deze maar sporadisch nodig. In dit geval kan het interessanter zijn om deze te huren. Tuinaanleggers hebben soms ook een extra machine zoals een minigraver, kniklader of tuinbouwtractor nodig voor een bepaalde werf en dan vinden ze ook de weg naar hier. Daarnaast verhuren we ook aanhangwagens zodat de gehuurde machines vlot vervoerd kunnen worden. De verhuurvloot bestaat enkel uit nieuwe machines van de merken die we zelf verdelen, overnames vinden een afzet via een ander kanaal.’
In de toekomst zien Hans en Frederiek de robotmaaiers en de accumachines nog aan belang winnen. Ze verwachten ook meer concurrentie van het online gebeuren. Frederiek besluit: ‘Maar we hebben ook heel wat troeven in handen en we moeten deze uitspelen. In de grote tuinen en bij professionals kunnen we zeker concurrentieel werken en daar moeten we verder werk van maken. We blijven ook steevast inzetten op nieuwe technologieën, zodat we aan de top blijven en klanten kunnen helpen. Service blijft immers het belangrijkste. We zijn gelegen langs een drukke baan en het biedt ook heel wat opportuniteiten, deze zichtlocatie. Zien is dikwijls kopen, ook voor tuinmachines.’