Mathijs Top is een 29-jarige enthousiaste tuinaannemer uit Beveren-aan-den-IJzer die al tien jaar actief is als zelfstandige in de groensector. Zijn werkgebied loopt van België over in Frankrijk. Op zijn eigen manier overtuigt hij zijn klanten om zelf ook een handje – of twee – toe te steken.
Mathijs Top: ‘Hoewel we thuis opgegroeid zijn op een boerderij met varkens en teeltgewassen heb ik altijd de raad gekregen van mijn ouders om nog iets anders bij te studeren. In de landbouw, waar de activiteiten van generatie op generatie worden doorgegeven, wordt er door de jonge generatie steeds meer gekozen om toch nog een externe opleiding te volgen. Als ik kijk naar de activiteiten die we toen uitvoerden, trok vooral het telen van gewassen mij aan. Maar als je kijkt wat de huidige wetgeving oplegt om nog te mogen werken in de landbouwsector, dan kan je bezig blijven met de meest nutteloze dingen. Op een gegeven moment geef je het als landbouwer op omdat het meer papierwerk is en weinig opbrengt ten opzichte van de kosten en energie die je erin steekt.’
‘Door de onzekere toekomst voor de landbouw besloot ik de richting tuinbouw te volgen aan de tuinbouwschool van Poperinge en af te ronden met een zevende jaar mechanisatie in Roeselare. Ik was al vrij snel overtuigd om zelfstandig te starten in bijberoep omdat ik hier en daar al wat werkjes kreeg aangeboden. Een jaar lang heb ik gewerkt voor een andere tuinaannemer. Maar zoals bij de meeste starters stapelde het werk zich snel op waardoor ik op zaterdag mijn eigen klanten zo goed als niet meer kon bijhouden terwijl ik in de week dan voor iemand anders stond te werken. De keuze was zeer snel gemaakt om na een jaar de volle energie in mijn eigen zaak te steken en te switchen van bij- naar hoofdberoep.’
Mathijs: ‘Ik heb na mijn middelbare school nog een cursus ‘vloeren’ voor binnen en buiten gevolgd. In principe mag ik buiten wel terrassen leggen met mijn diploma, maar binnen dus niet. Dat vond ik wat gek, en daarom heb ik toch nog een extra cursus vloeren gevolgd. Ik maak er geen reclame voor, maar wanneer de mensen dat vragen dan weiger ik niet.’
‘In veel gevallen werk ik voor projecten samen met andere zelfstandigen in onderaanneming. Mijn beide broers en dichte vrienden zijn actief als houtbewerker, metselaar en elektricien. Ik ben omringd met mensen die met hun handen werken waardoor ik snel iets kan doorgeven. Ik kan zelf veel aannemen, maar je kan niet altijd alles zelf doen. Op een gegeven moment riskeer je te veel diensten aan te bieden, want een investering in al die machines moet natuurlijk terugverdiend worden.’
Mathijs: ‘Voor alles in en rond de tuin. Als de klant bijvoorbeeld een tuinset wil dan ga ik eens kijken wat ik hier heb staan en dan stel ik dat voor. Niemand is verplicht iets te kopen via mij, maar ik kan wel altijd dingen doorgeven of aanraden. De keuze is nog steeds aan de klant.’
Gepassioneerd door groen en ondernemen
Mathijs: ‘Ik doe heel wat dingen graag, maar vooral de variatie van het werk in de groensector spreekt mij aan. De ene dag leg ik een terras of een oprit en de andere dag leg ik een gazon aan. Altijd wat anders. Net dát motiveert mij. In mijn stage deed ik ook onderhoud van tuinen en daarvoor kreeg ik veel dankbaarheid van de klanten. Je ziet na een onderhoudsbeurt onmiddellijk dat alles mooier staat waardoor je wel de nodige motivatie kan vinden om het werk te verrichten.’
GTP: ‘Hoever gaat je werkgebied?’
Mathijs: ‘Een afgebakend gebied heb ik niet. Je kan mij vinden van Poperinge tot aan de kust en natuurlijk hier net over de grens met Frankrijk. Het is moeilijk om voor jezelf te zeggen dat je bijvoorbeeld in een straal van twintig kilometer rond je woonplaats werkt en dan klanten af te wijzen die enkele kilometers verder wonen. Voor mij is het vooral belangrijk dat vaste en goede klanten potentiële klanten doorverwijzen, omdat ik hen zeker kan helpen. Als de klant het transport wil betalen dan zijn voor mij de kosten gedekt en dan doe ik dat met veel plezier.’
Taalgrenzen
Mathijs: ‘Als je de klanten aan weerszijden van de landsgrens zou vergelijken dan valt vooral het verschil in mentaliteit op. Bij het merendeel van mijn Franse klanten zijn ze familialer en is de structuur van de tuinen ook anders. In Frankrijk zijn de meeste tuinen minder strak dan in België. Franse klanten zijn ook heel loyaal, want als ze jou een werk toevertrouwen dan is dat een teken dat ze echt voor je kiezen. Als iets goed is, ze tevreden zijn en ze jou eenmaal hebben aanvaard, dan weet je ook dat die klanten gaan blijven.’
Mathijs: ‘Heel lang geleden heb ik een Facebookpagina aangemaakt. In het begin was ik daar vaak mee bezig omdat je heel fier bent op je realisaties en daarmee naar buiten wil komen. Op een gegeven moment is het tuinwerk zo beginnen toenemen dat ik Facebook beginnen verwaarlozen ben. Ik heb het nadien nooit meer opgenomen. Het is momenteel vooral door veel mond-tot- mondreclame in de buurt dat klanten ons doorverwijzen.’
‘Ik heb concullega’s die ook vrij actief zijn, maar ondanks dat vinden mensen toch wel hun weg naar mij. Ik heb zelfs geen website of andere social media. Er staat een uithangbord voor de twee loodsen aan mijn ouderlijk huis, en daarmee doe ik het.’
Mathijs: ‘Ik gebruik nu een gewone GTM Professional 1300-hakselaar op benzine, maar ik ben aan het kijken voor een zelfrijdende versie die nog iets meer aankan. Als ik de huidige voor een correcte prijs kan wegkrijgen dan komt dat er zeker van. Voor mij is deze qua prijs-kwaliteitsverhouding volledig wat ik zoek. Het is een simpel systeem, waarbij niet veel kapot kan gaan. Ondertussen gaat deze machine al zeven jaar mee en werkt ze nog steeds zoals in het begin. Enkele kleine mankementjes in die periode werden soepel en snel opgelost.’
‘Verder heb ik een 3,5-tons kraantje van Caterpillar waar ik ook heel tevreden over ben. Een nieuw kraantje staat op de planning en ook hier weet ik ondertussen echt precies wat ik wil. Momenteel huur ik nog een kleiner kraantje bij een collega, maar ondertussen laat het werk het wel toe om er zelf al een aan te kopen.’
‘Mijn kettingzagen en haagscharen zijn van Stihl, de motoculteur van Bertolini en sinds kort is er ook een Volkswagen-camionette. Het kleinere materieel is van Metabo en de grasmaaier van Honda. Ten slotte hebben we nog een verticuteer- en doorzaaimachine van Eliet waar ik veel uren mee draai omdat er weinigen in de buurt dat doen.’
Mathijs: ‘Nee, en dat is ook de reden dat ik altijd wik en weeg in het aankopen van machines. Uiteindelijk moet je de machines die stilstaan elke maand afbetalen, zelfs al heb je er niet mee gewerkt tijdens die maand. Iets wat je zeker in je achterhoofd moet houden wanneer je een investering doet. Ik werk het liefst met andere zelfstandigen samen die actief zijn in een soortgelijk werkgebied. Als een klant bijvoorbeeld een terras zou willen dan kan ik een vriend meenemen die actief is als metselaar. Zo kunnen we van elkaar nog leren en onze skills verder uitbreiden.’
’Ik werk ook liever alleen omdat ik daardoor niet de last hoef te dragen van personeel dat je aan het werk moet houden op rustigere momenten. Wanneer je iemand in dienst hebt, zit je met een bepaalde verantwoordelijkheid en je moet deze persoon aansturen, iets wat ik niet zo graag doe. Ik probeer dus enkel werken aan te nemen waar ik het project volledig zelf aankan, en indien gewenst kan ik het sneller laten verlopen als er een andere zelfstandige zich nog kan vrijmaken om mee te gaan. Je hangt op deze manier wel altijd af van anderen, maar daarvoor heb ik een slimme formule bedacht in mijn offertes, namelijk de klant zelf inschakelen als extra hulp.’
Klant zelf inschakelen als extra hulp
Efficiënt werken kan voor iedereen kostenbesparend zijn. Mathijs maakt in zijn offerte altijd een prijsraming of schatting waardoor klanten zelf kunnen beslissen dat ze meehelpen of niet. Hij geeft dan door hoeveel uur hij voor een bepaald werk nodig zou hebben. Als hij op het einde van de rit uitkomt op 100 uur werk maar door de hulp van de klant dit kan reduceren tot 70 dan betaalt de klant die 70 uur in plaats van 100. Stel dat er tijdens de werken bijvoorbeeld onder de grond obstakels tevoorschijn komen of andere zaken die het werk vertragen en er meer dan 100 uur werk is, dan betaalt de klant de laatste 5 uur tegen een voordeliger tarief. Mathijs vermeldt dit steeds in zijn offertes. Een formule waar hij in zijn klantenkring goed mee scoort.
Mathijs: ‘Klanten willen graag meewerken in de tuin en al zeker als de offerte goedkoper kan worden. Vooral de jongere koppels nemen hiervoor vakantie of vragen om het in te plannen op momenten dat ze zich kunnen vrijmaken. Om een tegel aan te geven of iets vast te houden hoef ik in principe niet altijd iemand extra mee te nemen. Je hebt wel nog de mogelijkheid om met jobstudenten te werken, maar dat is ook maar voor bepaalde periodes. Daar biedt een flexi dan meer mogelijkheden.’
Mathijs: ‘Ik denk dat we vooral allemaal verder moeten werken op de manier waarop we altijd al bezig waren. Als ik dan voor mezelf spreek dan ben ik er trots op dat ik intussen geïnvesteerd heb in het nodige materieel en machines. Dat maakt dat ik mijn klanten beter, sneller en comfortabeler kan bedienen.’ ‘Je ziet ook meer en meer samenwerkingen tussen kleine zelfstandigen door de hogere loonkosten. Uiteindelijk bereik je meer door samen te werken en zaken door te geven: dat resulteert in een kwaliteitsvolle dienstverlening naar je klanten toe. Dat is waar het tenslotte om draait: ‘een tevreden klant’ is de beste reclame die een zaak zich kan bedenken. Je kan samenwerken of tegenwerken. We moeten echt elkaar klanten gunnen als ondernemers.’
‘Je kan ook samen materieel kopen, maar dat is volgens mij niet echt een goed idee aangezien iedereen het op datzelfde moment nodig heeft. Dan botst men vaak op planningsproblemen of het staat nog bij de andere en als er iets defect is, dan heeft niemand het gedaan.’
Energietransitie in de groensector
Mathijs: ‘Ik heb één elektrische heggenschaar en voor de rest werkt alles nog steeds op brandstof. Het gewicht van de batterij op je rug, een draad die altijd tussen de haag en jezelf hangt: ik ben er momenteel nog niet echt voor te vinden. Het is inderdaad handig wanneer je op een gelijke grond staat, maar vanaf dat je op een verhoging zoals een ladder staat dan wordt het veel moeilijker. Een tijdje geleden heb ik er even over getwijfeld om mijn kettingzaag van brandstof naar elektrisch te veranderen, maar heb dan toch weer voor brandstof gekozen. Zolang mijn machines draaien en alles perfect werkt, ga ik ze niet onnodig vervangen. Er zijn al plaatsen aan de kust waar je niet meer met brandstofmotoren mag werken, maar voor het aantal klanten dat daar woont, zal ik eerder doorverwijzen naar een collega die het wel volledig elektrisch kan doen.’
‘Het elektrische aspect is voor particuliere klanten zeker wel een oplossing. Je hoeft niet direct veel kracht te hebben om de machine te starten, niet onbelangrijk voor de oudere generatie of iemand die minder sterk is. Wat de toekomst nog zal brengen is voor iedereen moeilijk in te schatten en al zeker in de groensector. Wat de ene dag als oplossing naar voren wordt geschoven kan de dag nadien al afgevoerd worden omdat het in de praktijk niet haalbaar is. Je zal hier als tuinaannemer vooral je gezond boerenverstand moeten gebruiken. Doordat we hier op de scheiding wonen en akkerland hebben in zowel Frankrijk als België krijgen we te maken met verschillende regels en wetten die per land worden opgelegd. Het elektrificeren van machines is iets dat we weinig tot niet terugvinden in Frankrijk. Men neemt daar meer tijd voor die dingen. Men leeft en werkt er op een ander ritme, maar misschien is het voor deze transitie waarin we zitten geen slecht idee om af te wachten en te kijken wat de toekomst brengt. Als ondernemer moet je het vooral betaalbaar houden voor je klanten.’§