Niet alleen ons eigen land heeft natuurlijk mooie golfbanen, ook Duitsland heeft zijn parels. Wij reisden eind april af naar Golfclub Eifel in het Duitse Hillesheim. Als Duitse golfbaan heeft ze weer een geheel andere manier van baanonderhoud. Dat moet ook wel, omdat de Eifel een koude streek is. Gras groeit er moeizaam.
De kalender gaf al wel bijna mei aan, maar de thermometer van de auto bleef hangen op een koude 3°C. Een winterjas was geen overbodige luxe. We zijn op bezoek bij Golfclub Eifel, die midden in de Duitse Vulkaaneifel ligt. Om de koude te ontlopen neemt hoofdgreenkeeper Marco Junk mij mee naar de warme kantine van de werkplaats/machinehangar van de golfbaan. Golfclub Eifel blijkt in 1977 te zijn opgericht door een aantal golfspelers. Vandaar ook dat het nog steeds een vereniging is. Inmiddels heeft de baan 400 vaste leden en 800 ‘verre’ leden zoals die in Duitsland heten. Die ‘verre’ leden mogen tien keer gratis spelen op de golfbaan. Daarnaast zijn er nog de ‘losse’ greenfees zoals iedere golfbaan in Europa die heeft.
In 1977 werd de golfbaan in eerste instantie aangelegd als 9-holesgolfbaan, maar begin jaren negentig werd dat al uitgebreid naar een 18-holesbaan (par 72). Het moeilijkste gedeelte van de baan betreft hole 10 tot en met 18 volgens hoofdgreenkeeper Marco Junk. Dit gedeelte van de golfbaan werd als eerste gebouwd. Zo heeft baan 16 een niveauverschil van tee tot aan green van ongeveer 30 meter (zie foto). Meteen bij de aanleg van de baan werd er ook drainage aangelegd. Alhoewel gedraineerd, af en toe moet Junk nog wel natte(re) plekken behandelen. Golfclub Eifel heeft volgens de hoofdgreenkeeper met twee hectare een van de grootste practices van Europa. Verder heeft de golfbaan twee putting places. ‘De baan heeft flinke niveauverschillen wat het erg aantrekkelijk maakt om erop te golfen.’
Begin jaren tachtig werd het clubhuis gebouwd. Het brandde af, maar werd gelijk weer opgebouwd. In de decennia daarna is het iedere keer gemoderniseerd en geüpdated. Zo zit in de kelder het caddy house en gelijkvloers voorzieningen zoals een keuken, steakhouse, pro-shop en heren- en damesomkleedruimtes. De laatste update ging om het vergroten van de damesomkleedruimtes. Om dit te kunnen realiseren werd het clubhuis een aantal vierkante meters vergroot. Omdat de bebouwing van deze golfbaan verspreid ligt en het niet één groot gebouw betreft, is de sfeer als in een bergomgeving met hier en daar wat alpenhutten.
Hoofdgreenkeeper Marco Junk is sinds 1999 hoofdgreenkeeper van Golfclub Eifel. Hij volgde zijn golfopleiding bij DEULA in het Duitse Kempen en liep vervolgens stage op diverse golfbanen. Sinds 2009 is hij parttime hoofdgreenkeeper op deze golfbaan (vier uur per dag), omdat hij daarnaast op andere sport- en golfbanen in Duitsland werkt en daar alle voorkomende werkzaamheden verricht. ‘Ik ben dus best veel onderweg en dat vind ik ook leuk’, aldus Junk. ‘Zo heb ik in het Belgische Verviers geholpen met de aanleg van een 9-holesgolfbaan.’
Het merk Toro is op Golfclub Eifel echt dé favoriet volgens Junk. De hoofdgreenkeeper vindt het robuuste machines. Voorheen had de golfbaan ook nog wel andere merken, bijvoorbeeld een Jacobsen- fairwaymaaier. Maar momenteel is alles – dus van tees- en greensmaaiers tot aan fairway-, semi-rough- en roughmaaiers – van Toro. Alleen wat de transporters betreft, maakt het voor de hoofdgreenkeeper niet heel veel uit welk merk het is. En ook sommige specialistische machines zijn wel van andere merken. Junk is erg blij dat hij van het golfbaanbestuur zelf mag bepalen welk merk en type machines hij koopt. ‘Daardoor kan ik machines kopen die én de baan in perfecte staat houden én die ook prettig zijn voor het personeel om mee te rijden.’ Extreme luxe in dit geval zijn de Toro-maaimachines die voorzien zijn van cabines met verwarming. Junk neemt mij mee naar de golfbaan zelf waar net een personeelslid bezig is met de Toro Reelmaster 5610-D fairwaymaaier met crosstrax een fairway te maaien. Junk: ‘Deze heeft, zoals je kunt zien, een cabine. Dat heb je hier in de Eifel wel nodig, aangezien het koude weer hier van begin september tot begin mei duurt.’ Deze Toro’s met cabine kosten volgens de hoofdgreenkeeper wel circa 25.000 euro meer per machine dan de modellen zonder cabine. Wat het maaimanagement betreft, werkt deze Duitse golfbaan voor de tees (tee-box), de approachgedeeltes en de greens met twee Toro 3400-greensmaaiers: een met speciale maaibakken voor tees en approachgedeeltes en een met speciale maaibakken voor de greens.
Wat écht een uitdaging is voor Junk dat is het op peil houden van de grasgroei op de golfbaan. In de Eifel blijft het volgens hem heel koud – met ‘s winters natuurlijk veel sneeuwval – van begin september tot begin mei. Junk: ‘Dat komt omdat Hillesheim in een soort dal zit in de Eifel, waardoor de koude hier lang blijft hangen.’ Om de grasgroei op peil te houden past hij veel vloeibare bemesting toe. En verder werkt hij in dit kader veel met zeewier en biostimulanten. Veel lucht in de bodem is ook onontbeerlijk, volgens hem. Vandaar dat het greenkeepersteam minimaal om de drie weken belucht. Bezanden gebeurt één keer in de twee maanden. Junk bezandt niet heel vaak omdat hij anders tijdens het verticuteren te veel zand weer omhoog haalt. En volgens hem worden de tees en greens automatisch bezand als hij belucht met holle pennen, omdat hij daarmee ook weer zand omhoog haalt en daardoor tevens zorgt voor top dressing. De golfbaan heeft één machine om de tees mee te bezanden. In totaal wordt er jaarlijks zowat 90 ton zand gebruikt om alleen de greens al te bezanden. Ook worden de tees en greens goed geverticuteerd met een Toro 3400 met verticuteerbakken. Belucht wordt met een Toro Procore.
Golfclub Eifel gebruikt voor de tees en greens een mengsel van Agrostis (struisgras) en Poa (veldbeemd). Volgens Junk hebben de tees en greens weinig last van straatgras. Wel heeft de baan iets last van dollarspot. Wat wel veel voorkomt op deze Duitse golfbaan is sneeuwschimmel (Typhula incarnata), wat op zich logisch is omdat er ‘s winters een dikke laag sneeuw kan liggen. Junk: ‘Het is momenteel circa 2 à 3°C en dan vergroot de kans al dat deze schimmel zich ontwikkelt. Dat het nu tevens vochtig is, maakt de kans op schimmel nog groter.’ Om ziektes geen kans te geven controleert de hoofdgreenkeeper in de herfst grondig het gras en zet, indien nodig, meteen fungiciden in. Een keer beluchten helpt volgens hem ook al. Nog een oplossing is de begroeiing overal terugsnoeien in de herfst, zodat de schimmel minder kans krijgt doordat de zon op het gras kan schijnen en de wind er beter doorheen kan waaien. Al zal het nog flink lastig worden om zonder middelen te werken, Junk is geen tegenstander van de afschaffing ervan. ‘Wel moet er dan een verbod komen voor alle golfbanen in Europa en niet voor sommige. En een verbod moet dan dus ook gecontroleerd worden. Er moet wel een gelijk speelveld zijn, dan blijven de beste (hoofd)greenkeepers over.’
Voor het bespuiten met fungiciden en herbiciden en het bemesten heeft deze Duitse golfbaan een Toro Walkman-spuitmachine met gesloten cabine. Naar eigen zeggen gebruikt Junk nog wel eens wat fungiciden, maar probeert hij zo min mogelijk herbiciden te gebruiken. ‘In de Europese Unie zijn er ook nog maar een paar toegelaten, dus ik bereid mij er nu al op voor dat ik zonder deze middelengroep moet werken.’ Doorzaaien gebeurt met een Vredo Supercompact Overseeder, die op veel golfbanen in Europa wordt ingezet. Met deze doorzaaimachine wordt op 3,5 centimeter afstand doorgezaaid. Agrostis wordt door het greenkeepersteam regelmatig doorgezaaid. Gemiddeld circa 15 g/m2/jaar. Nog een ander merk dat wordt ingezet is Imants, voor de zodenschraper.
De clubcars van de golfbaan zijn dan op accu, verder is vrijwel alles op benzine. Volgens Junk zal dit voorlopig ook nog wel zo blijven. Reden is dat veel hellingen op de golfbaan dermate steil zijn dat een accumachine er eenvoudigweg niet tegenop kan rijden wegens te weinig vermogen. Bij het binnentreden van de werkplaats vallen meteen de Duitse pünktlichkeit en ordelijkheid op. Alles is schoon en ligt keurig op de juiste plaats. Ook de werkplaats ziet er clean uit. De meeste kleinere toestellen zijn van Stihl. Volgens Junk worden de meeste machines in eigen beheer onderhouden om de kosten te drukken.
In het logo van Golfclub Eifel is prominent een vogel te zien, namelijk de rode wouw. In het Duits heet deze vogel Milan en zelfs de weg naar de golfbaan heet ‘Milanweg’. Omdat het bijzonder is dat deze beschermde vogel natuurlijk veel voorkomt op deze golfbaan en er ook nestelt, heeft het management ervoor gekozen om de vogel in het logo te gebruiken. Verder herbergt de golfbaan veel reeën, vissen (vijf vijvers), reigers en veel vogelsoorten. Bijzonder genoeg heeft Golfclub Eifel de afgelopen jaren juist helemaal geen last van de droogte gehad. Dat komt volgens Junk omdat in de Vulkaaneifel, zoals het gebied heet, altijd genoeg water voorhanden is.
Ook worden sinds 2003 speciale bloemenweides aangelegd. De hoofdgreenkeeper wijst ons op een stuk grond onder een kleine elektriciteitsmast. ‘Dat stuk grond wordt binnenkort gefreesd en dan met weidebloemen ingezaaid. Dat wij zo lang wachten daarmee, is ook weer omdat het gewoonweg nog te koud is. Het zaad ontkiemt dan niet.’ En al zijn de bloemenweides niet ingezaaid, op de natuurgedeeltes van de baan staan de bloemen al volop in bloei. Bij diverse banen staan ook bolgewassen, onder meer narcissen, al volop te bloeien. Volgens de hoofdgreenkeeper zijn Belgische en Hollandse golfers uiteraard ook van harte welkom op zijn mooie golfbaan in de Duitse Vulkaaneifel.§